schuiven de meisjes twee keer aan om te stemmen, terwijl de jongens om medicatie gaan, 'de duikboot' leegmaken en de afdelingskeuken verrassen met een zaterdagnamiddaagse keukenactiviteit.
Na
80 nachtjes alleen slapen,
is
het welletjes geweest.
Ik ga naar huis,
Ik ga naar huis,
met
pak en zak en een hele hoop
witte
bloedcellen!
Het
zijn dan misschien nog niet de juiste,
ik ben
toch blij dat ze er zijn.
We hebben ons nog eens laten gaan
in
het thema ‘WBC’:
- Witte Brokken Chocola
met wat fantasie
gesmolten tot
hoopjes WBC’s
- Weelderige Brownie
Chocoladecake
- Wolkjes Bruine Chocolade
Om
jullie te bedanken
voor
zoveel goede zorgen,
voor
jullie geduld én vitesse,
voor
vleugels en schouders,
oren
en duimen,
voor
mopjes en fopjes
en
zakjes en spuitjes,
voor
alle speciale keukenverzoekjes,
voor
grondig gepoets tot in alle hoekjes,
voor
school en spel en muziek en weer spel
voor
nachtelijke conférences,
voor
nog zoveel meer
dat
ik het bijlange niet allemaal
geschreven
krijg.
In
die lange tijd
hebben
jullie mij leren kennen
maar
ook vice versa:
ik
ken jullie
naam,
geur, kleur,
ik
ken het volume
van
ieders stem ;-).
Ik
ken jullie hand,
zacht,
soms kordaat.
Ik
ken jullie leuze:
altijd
paraat!
En
daarom weet ik waarom
ik eerder
gerust zal terugkeren:
niet voor het vooruitzicht op
die
top-psychologische test
die
80 nachten in isolatie is
maar
wel voor die warme mantel
die
jullie er elke dag opnieuw rond leggen.
Als aandenken aan mijn voorbije verblijf
Als aandenken aan mijn voorbije verblijf
tot
slot, nog een doosje lak,
in
alle kleuren van de regenboog.
Met
een knipoog
naar
mijn én naar jullie tenen,
misschien
ook
naar
een pauze- of teambuildingmoment?
(Rudi’s,
Hubert, Krissen, Marc, Johan, Raf,… wie durft?)
En
anders
naar
de andere kinderen in andere kamers.
’t
Zijn immers vaak zulke
kleine
dingetjes die het ‘m doen!
Lieve
allemaal,
heel
veel dank!
Senne en co
Ook thuis valt het op hoe Senne zijn focus op eten heeft bewaard en geniet van het opnieuw beleven van zijn leuze 'een kok MOET proeven!'. Hij wordt af en toe flink boos als we te vaak na mekaar moeten zeggen dat hij iets (nog) niet mag eten: een rauwe wortel, sla, braambessen, noten, een appel met schil, de gedroogde appeltjes van Omamie,... kortom, alle schimmelgevoelige voedingswaren. Maar zo plots als hij daar heel hard voor kan beginnen roepen, zo plots gaat het ook weer liggen en laat hij zich afleiden.
Maandag trekken we naar de dagzaal. Op weg en ter plekke komen we verschillende pas getransplanteerde kinderen en hun ouders tegen. De opluchting om thuis te zijn, de spanning om thuis te mogen blijven, onzekerheid, angst om sluipende dreigingen, de noodzakelijke alertheid thuis én in het ziekenhuis, de moeilijke evenwichten werk-zorg-gezin, vermengd met vermoeide koppen, ik merk veel gedeelde zorgen in deze korte ontmoetingen.
Op dagzaal is Senne even ongerust als juf Martine daar verschijnt. Hij vraagt of hij nu terug in een kamertje moet. Als zijn medicatie is ingelopen, wil hij NU naar huis. Het loopt gelukkig vlot, zodat we 's middags samen met papa een boterham kunnen eten thuis. Hoe lang is dat geleden!
Dinsdag verwelkomt hij de juf weer even hartelijk als 'boven'. 'We hebben leuke dingetjes gedaan!' vertelt hij me achteraf enthousiast. Hij mengt zijn werelden goed door elkaar, merk ik wanneer de juf me wijst op het groen dat in zijn herfstblad moest, omdat het de lievelingskleur is van oma.
Terwijl we geduldig wachten op bloedplaatjes, op kine en op de nieuwe verpleegploeg die duidelijk nog z'n weg moet zoeken met zijn medicatie en spoeltijden, passeert op tv een kookprogramma waarin loempia's worden bereid. Nieuwe vragen, nieuwe verlangens: mini-maïs, sojascheutjes,... Gelukkig passeert de prof snel daarna, en legt Senne zijn verlangens bloot. Hij heeft het goed onthouden, want thuis herinnert hij mij: 'Als het warm gemaakt is, mag ik alles eten, he mama. Maar warme sla, dat lusten wij niet he.' De verovering van de dag zijn gepelde rauwe tomaten (al lust hij dat niet zo graag, hij vindt er meteen een oplossing voor: 'met majumeize gemengd proef ik dat niet!') - rara wat moet er op zijn bord... Na het (warm) avondeten, vraagt hij wanneer we vandaag nog boterhammen gaan eten. De voorbije maanden gebeurde dat immers al-tijd 's avonds, want was het al-tijd warm eten 's middags. Waar hij snel de thuisgewoontes heeft gevonden, moet er ook nog hier en daar van iets afgekickt worden.
Thuis klimt hij de trappen op en af, de zetels in en uit, trapt tegen ballen, zoekt parcourtjes in de tuin en legt die af met zijn loopfiets, met zijn voetbalschoenen, op een springbal. Zijn lach schatert zalig om zijn wankel evenwicht, om een schot in de lucht, om een ongecontroleerd windje, om... De tv staat vaker aan dan voordien, maar hij bouwt bijna zelf zijn grens in: 'mijn benen zijn moe, ik ga even rusten, maar als x gedaan is,...' Hij is veel te lang flink moeten zijn, en is daardoor nu ineens nog zoveel flinker geworden. In zijn reacties en opmerkingen lijkt hij ineens een stukje ouder. Vanavond in de zetel, 'hakte' hij mee met Fran met haar verhaaltje van Tim en Pim en 'Sim! Dat is met mijn letter!'...
Prettig om te lezen dat in die kleine momenten(die we zo dikwijls vergeten)zoveel 'eenvoudig' geluk kan liggen!
BeantwoordenVerwijderenGeniet ervan met jullie viertjes.
Dikke knuffel voor die 'grote'jongen.